Europese Blauwe Kaart

• De kenniswerker moet als werknemer worden beschermd door het Nederlandse arbeidsrecht. Het moet dus gaan om een werknemer met een arbeidsovereenkomst waarop Nederlands recht van toepassing is.
• Het bruto maandloon van de werknemer bedraagt minimaal het normbedrag voor de Europese Blauwe Kaart. En dit wordt maandelijks en rechtstreeks uitbetaald op een bankrekening van de werknemer.
• De arbeidsovereenkomst is aangegaan voor ten minste 6 maanden.
• De werknemer heeft minimaal een 3-jarige opleiding van hoger onderwijs afgerond, in Nederland of het buitenland. Een buitenlands diploma moet worden gewaardeerd door IDW als gelijkwaardig aan een Nederlands diploma. Het diploma moet relevant zijn voor de functie.
• Een diploma is niet vereist als de werknemer ten minste 5 jaar relevante werkervaring heeft (of ten minste 3 jaar in de 7 jaar voorafgaand aan de aanvraag als de werknemer een ICT-manager of ICT-specialist is).

Zowel de Blauwe Kaart als de kennismigrantenregeling faciliteren arbeidsmigratie van hoogopgeleide expats. Er zijn een paar essentiële verschillen:

• Voor beide vergunningen geldt dat alleen hooggekwalificeerde kenniswerkers in een hooggekwalificeerde functie ervoor in aanmerking kunnen komen. Voor de Europese Blauwe Kaart geldt dat de kwalificaties moeten worden aangetoond met een diploma of werkervaring. Voor een kennismigrantenvergunning hoeft dat niet.
• Om een kennismigrantenvergunning aan te vragen moet de werkgever erkend zijn als referent bij de IND; dit is niet het geval bij een aanvraag om een Europese Blauwe Kaart.
• Houders van een Europese Blauwe Kaart kunnen korte- en langetermijnmobiliteit uitoefenen binnen de EU.
• Houders van een Europese Blauwe Kaart kunnen korte- en langetermijnmobiliteit uitoefenen
• Houders van een Europese Blauwe Kaart die gebruik hebben gemaakt van langetermijnmobiliteit kunnen op grond van de Richtlijn 2021/1883 eerder in aanmerking komen voor de status van EU-langdurig ingezetene.
• Kennismigranten en houders van een Europese Blauwe Kaart hebben bij werkloosheid recht op een zoekperiode van maximaal 3 maanden, ongeacht of het dienstverband door de werkgever of werknemer is beëindigd, mits hun verblijfsvergunning nog drie maanden geldig is. Wanneer iemand twee jaar houder is geweest van een Europese Blauwe Kaart heeft hij recht op een zoekperiode van 6 maanden. Als de Blauwe Kaart eerder afloopt, kan deze voor dat doel worden verlengd.
• Kennismigranten die door ziekte minder verdienen dan het looncriterium riskeren intrekking van hun verblijfsvergunning. Houders van een Europese Blauwe Kaart mogen gedurende de eerste 12 maanden van hun ziekte minder verdienen zonder dat hun verblijfsvergunning kan worden ingetrokken.
• Wanneer kennismigranten een permanente verblijfsvergunning of de Nederlandse nationaliteit verkrijgen en vervolgens gezinshereniging vragen met een mvv-plichtige partner, moet de partner eerst in het buitenland een inburgeringsexamen doen. Dit is niet het geval wanneer de houder van een Europese Blauwe Kaart een permanente verblijfsvergunning als EU langdurig ingezetene heeft verkregen. Voor degenen die een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd of het Nederlanderschap hebben verkregen, geldt deze uitzondering niet.
• Kinderen van houders van een Europese Blauwe Kaart betalen het wettelijk collegegeld. Dit is lager dan het collegegeld dat kinderen van kennismigranten moeten betalen.