Deze website maakt gebruik van Cookies

We gebruiken cookies om de website goed te laten functioneren, om functies voor social media te bieden en om ons websiteverkeer te analyseren. Meer informatie vindt u in de privacyverklaring.

Ik ga akkoord met het plaatsen van cookies voor:

Noodzakelijke functionaliteiten en anonieme statistieken

Nieuw boetebeleid Nederlandse Arbeidsinspectie

Op 27 januari 2025 publiceerde de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid nieuwe beleidsregels voor boeteoplegging op grond van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav). Op basis van deze wet heeft een werkgever in Nederland een tewerkstellingsvergunning (TWV) nodig voor een werknemer van buiten de EU. Deze vergunning moet zijn aangevraagd en verkregen vóór aanvang van het werk. Indien de werknemer langer dan 90 dagen in Nederland verblijft, is mogelijk een Gecombineerde Vergunning voor Verblijf en Arbeid (GVVA) vereist.

Wanneer een werkgever een werknemer van buiten de EU laat werken zonder de vereiste vergunning, kan de Nederlandse Arbeidsinspectie (NLA) een boete opleggen. De begrippen ‘arbeid’, ‘werkgever’ en ‘werknemer’ worden hierbij zeer ruim uitgelegd, waardoor er sneller sprake kan zijn van illegale arbeid.

De nieuwe beleidsregels volgen op een uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, de hoogste rechter in Wav-boetezaken. Op 13 juli 2022 oordeelde deze rechter dat het boetebeleid moest worden aangepast. In dit bericht worden de belangrijkste wijzigingen toegelicht.

Nieuwe boetenormbedragen

Op grond van het nieuwe beleid gelden de volgende boetenormbedragen voor overtredingen van de Wav:

Illegale arbeid

  • € 6.000,- voor rechtspersonen
  • € 3.000,- voor leidinggevenden, particulieren die handelen uit beroep, bedrijf of ambt, en verenigingen of stichtingen met een algemeen nut beogende doelstelling
  • € 1.500,- voor particulieren die een ander werkzaamheden laten verrichten als huishoudelijke of persoonlijke dienst

Niet verstrekken van een identiteitsbewijs binnen 48 uur na een vordering van de NLA

  • € 6.000,- voor rechtspersonen
  • € 3.000,- voor leidinggevenden, particulieren die handelen uit beroep, bedrijf of ambt, en verenigingen of stichtingen met een algemeen nut beogende doelstelling
  • € 1.500,- voor particulieren die een ander werkzaamheden laten verrichten als huishoudelijke of persoonlijke dienst

Niet (volledig of tijdig) melden van werk dat gemeld had moeten worden

  • € 1.500,- voor rechtspersonen
  • € 750,- voor leidinggevenden, particulieren die handelen uit beroep, bedrijf of ambt, en verenigingen of stichtingen met een algemeen nut beogende doelstelling

Niet verstrekken van een kopie van het identiteitsbewijs van de werknemer aan de feitelijk werkgever

  • € 1.500,- voor rechtspersonen
  • € 750,- voor feitelijk leidinggevenden en natuurlijke personen die handelen uit ambt, beroep of bedrijf

Niet verifiëren van de identiteit van de werknemer aan de hand van diens identiteitsbewijs door de feitelijk werkgever

  • € 1.500,- voor rechtspersonen
  • € 750,- voor feitelijk leidinggevenden en natuurlijke personen die handelen uit ambt, beroep of bedrijf

Niet bewaren van een kopie van het identiteitsbewijs van de werknemer door de feitelijk werkgever

  • € 1.500,- voor rechtspersonen
  • € 750,- voor feitelijk leidinggevenden en natuurlijke personen die handelen uit ambt, beroep of bedrijf

Nieuw beleid voor matiging van het boetebedrag

In het vorige beleid hanteerde de minister een lijst met specifieke matigingsgronden, die als uitgangspunt dienden bij het bepalen van het boetebedrag. In de nieuwe beleidsregels is deze lijst vervallen.

Volgens het nieuwe beleid hangt de matiging of verhoging van het boetenormbedrag af van:

  • de mate waarin de overtreding de werkgever te verwijten valt; en
  • de ernst van de overtreding

Uitgangspunt blijft het boetenormbedrag, gebaseerd op een normale mate van verwijtbaarheid en normale ernst van de overtreding.

Bij grove schuld wordt het bedrag verhoogd naar 125% en bij opzet naar 150% van het boetenormbedrag. Bij verminderde verwijtbaarheid wordt de boete verlaagd naar 50% van het boetenormbedrag.

Daarnaast kan het boetebedrag met 25% worden verhoogd als de overtreding als ernstig wordt gekwalificeerd, en met 25% worden verlaagd als sprake is van een minder ernstige overtreding. Dit is afhankelijk van de feiten en omstandigheden.

Voorbeeld 1: Matiging van het boetebedrag
De NLA stelt vast dat rechtspersoon X één werknemer illegaal heeft laten werken. X toont aan dat zij verminderd verwijtbaar is en dat de overtreding als minder ernstig moet worden beschouwd.

Normbedrag: € 6.000,-
Matiging wegens verminderde verwijtbaarheid (50%): € 3.000,-
Extra matiging wegens minder ernstige overtreding (25%): € 2.250,-

Voorbeeld 2: Verhoging van het boetebedrag
De NLA stelt vast dat rechtspersoon Y één werknemer illegaal heeft laten werken. De NLA bewijst dat Y dit met opzet heeft gedaan en dat de overtreding als ernstig moet worden beschouwd.

Normbedrag: € 6.000,-
Verhoging wegens opzet (150%): € 9.000,-
Extra verhoging wegens ernstige overtreding (25%): € 11.250,-

Meerdere werkgevers in de keten

De Wet arbeid vreemdelingen hanteert een ruim begrip van ‘werkgever’. Dit betekent dat in gevallen van onderaanneming of uitbesteding de boete in beginsel wordt opgelegd aan alle betrokken werkgevers in de keten.

In de praktijk betekent dit dat werkgevers ervoor moeten zorgen dat zij voldoen aan de geldende wet- en regelgeving bij het inzetten van werknemers van buiten de EU.

Vragen?
Heeft u vragen over het nieuwe boetebeleid? Neem dan gerust contact met ons op.

Neem contact op

Neem contact op

Aanmelding nieuwsbrief