Deze website maakt gebruik van Cookies

We gebruiken cookies om de website goed te laten functioneren, om functies voor social media te bieden en om ons websiteverkeer te analyseren. Meer informatie vindt u in de privacyverklaring.

Ik ga akkoord met het plaatsen van cookies voor:

Noodzakelijke functionaliteiten en anonieme statistieken

Verblijfsvergunningen voor sporters

Dit nieuwsartikel is inmiddels enigszins achterhaald, geüpdatete informatie kunt u hier vinden.

Sporten mag weer en de transfermarkt is open. Voetbalclubs kunnen nu weer spelers gaan aantrekken. Hoe dat werkt als een speler afkomstig is van buiten de EU, lees je hier.

Algemeen – GVVA

Voordat sporters aan de slag kunnen moet de club, die de referent wordt genoemd, een aanvraag indienen bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst. Die aanvraag moeten de sporters in het buitenland afwachten. Als ze toch in Nederland blijven, kan de vergunning worden afgewezen.

Na ontvangst van de aanvraag stuurt de IND de aanvraag door naar UWV, dat adviseert over de vraag of de sporters in Nederland mogen werken. Als aan de voorwaarden wordt voldaan geeft het UWV een positief arbeidsmarktadvies aan de IND, die op zijn beurt de aanvraag inwilligt.

Je leest soms dat sporters terug naar hun land van herkomst moeten vanwege de formaliteiten; dat is omdat zij in het land van herkomst het inreisvisum moeten ophalen. Zodra zij in Nederland zijn, krijgen zij dan een verblijfsvergunning, met een maximumduur van drie jaar, en een aanvullend document waarop vermeld staat bij welke club zij mogen spelen. Die documenten samen vormen de gecombineerde vergunning voor verblijf en arbeid.

GVVA – voetballers

Voor profvoetballers zijn de eisen iets anders dan voor andere beroepssporters. Zij komen in aanmerking als ze in de eerste- of eredivisie spelen. Daarnaast kijkt het UWV of het salaris marktconform is en of het niveau van de speler hoog genoeg is (al lijkt dat clubs nog geen miskopen te hebben bespaard).

De speler moet dus marktconform worden beloond. Daarvoor kijkt men naar de gemiddelde beloning in de Eredivisie inclusief de premies, die afhankelijk zijn van de prestaties van de aanvragende club. Het gemiddelde salaris lag in 2019 een kleine €291.000 – wat betekent dat clubs voor een speler van buiten de EU al gauw zo’n €436.500,- per jaar moeten betalen. Uitzondering daarop zijn voetballers van tussen de 18 en 20 jaar. Zij krijgen de vergunning met ‘slechts’ 75% van de gemiddelde beloning (zo’n €218.000,- per jaar).

Als een topclub de salarissen verhoogt, heeft dat dus invloed op alle andere clubs in de Nederlandse profvoetbalcompetities.

De voetballers moeten daarnaast direct voorafgaand aan hun komst naar Nederland regelmatig meedoen aan een competitie. Die moet ten minste even sterk is als de hoogste afdeling van de Nederlandse competitie. Daarvoor kijkt het UWV naar de Top 40 van de landenranking van de FIFA. Het is ook mogelijk om aan deze toets te voldoen als de voetballer is uitgekomen voor of in de definitieve selectie zit van het nationaal (jeugd)elftal of het Olympisch elftal.

Wordt niet meer aan de voorwaarden voldaan of wordt de voetballer getransfereerd (ook bij verhuur!), dan moet de nieuwe club daarvoor een nieuwe aanvraag indienen en moet het aanvullend document worden aangepast.

GVVA – beroepssporters

Bij beroepssporters kijkt het UWV of de sporter wel in de hoogste afdeling van de sportbond komt te werken. De op één na hoogste divisie is in dit kader dus geen optie.

Ook bij beroepssporters kijkt men naar het salaris, maar ligt de norm lager. Het loon is bij alle andere sporters marktconform als de beloning gelijk of hoger ligt dan de beloning voor sporters in de top 20% van die tak van sport. Tot slot kijkt het UWV op dezelfde manier naar het niveau, door te kijken in welke competitie de sporters voorafgaand aan hun komst naar Nederland hebben gespeeld.

Meer weten? Neem dan contact op met Thomas van Houwelingen-Boer.

Aanmelding nieuwsbrief